16 sep Bewegingsarmoede, een wereldpandemie
Bewegingsarmoede
Bewegingsarmoede, wordt dat, na corona, hét woord van 2020?
Of misschien ook wel dóór corona?
Feit is dat we allemaal al jaren te weinig bewegen, uitzonderingen zoals mij zelf, daar gelaten.
Minimaal een half uur per dag intensief bewegen, dat is de norm.
En behalve het zorgpersoneel en de fanatieke sporters, zijn er weinig mensen die die norm halen.
Die een half uur per week al nauwelijks halen.
Bewegingsarmoede werd, tot corona, een wereldwijde pandemie genoemd. Dat is het natuurlijk nog steeds, maar het staat niet meer op één.
Nee, deze pandemie staat nu met twijfelachtige eer op de tweede plaats van wereldwijde pandemieën.
Want blijkbaar schort het overál aan voldoende beweging.
Wat is voldoende bewegen?
Voldoende bewegen is een half uur per dag bewegen. En dan bedoelen we niet het ommetje met de hond.
Nee, dan bedoelen we een inspanning waarbij de hartslag verhoogt naar matig tot intensief.n je m
Nou draagt niet iedereen een hartslagmeter, maar je voelt zelf wel wanneer je lichtelijk buiten adem raakt. Dán ben je matig intensief aan het bewegen.
Doe dat een half uur per dag en je gaat daadwerkelijk de strijd aan tegen bewegingsarmoede.
Maar dat is best moeilijk om te halen. Want als bewegen niet tot je dagelijkse routine behoort en je gewoon een normaal leven leidt, dan moet je dat halve uurtje toch maar mooi ergens zien in te plannen.
En hoe ga je het invullen? Ben je een renner, een wandelaar of een fietser? Heb je de mogelijkheid om elke dag één van die dingen op matig intensief tempo te doen?
Waarschijnlijk niet elke dag, zoals iedereen. En dus moet je manieren verzinnen waarop het wel lukt.
Of in ieder geval bewust zijn van het feit dat je meer moet gaan bewegen dan je nu doet. Dat is stap één.
Manieren om bewegingsarmoede tegen te gaan
Je hoeft echt niet meteen een topsporter te worden om de strijd tegen bewegingsarmoede aan te gaan.
Er zijn makkelijkere manieren. En misschien is deze corona tijd daar wel het moment voor.
Bij mij op het werk mag je bijvoorbeeld maar met twee mensen in de lift. Resultaat: je neemt sneller de trap dan dat je een half uur wacht op een eindelijk lege lift.
Tel al die traploopjes op een dag eens op (ik heb wel een baan waarbij ik kilometers maak, dat scheelt misschien voor mij) en ik kom al snel aan een flinke tijd intensieve beweging.
Maar het kan ook zijn dat je veel thuis werkt. Gebruik dan je pauze eens voor een half uur power walken. Een flink tempo wandelen, voordat je weer aan het werk gaat.
Op het werk doe je dat vaak niet, omdat je niet bezweet wilt terug komen van je pauze. Maar thuis is dat een minder groot probleem, want je kunt je gemakkelijker opfrissen.
Ga je met het openbaar vervoer naar het werk met die eeuwige mondkap op je snoet?
Bekijk eens of het haalbaar is te gaan fietsen. Je hoeft geen mondkap meer op en bent tegelijkertijd in beweging. Bijkomend voordeel is ook dat je na je werk je koppie lekker leeg fietst.
Je kunt natuurlijk ook wat eerder uitstappen en het laatste stuk wandelen.
Op deze manieren ben je efficiënt bezig en hoef je na je werk niet nog eens in beweging te komen om aan dat half uur te komen.
En mocht je een hond hebben, verhoog dan je wandeltempo en vergroot de ronde, ook dat is tijdbesparing en efficiënt bewegen.
Kortom, er zijn voldoende mogelijkheden om bewegingsarmoede tegen te gaan.
Lees ook eens dit artikel van Eric Scherder, dé man die op dit moment een enorme promotor van bewegen is.
Maak het tot routine
Mocht dit nu allemaal niet tot de mogelijkheden behoren, dan is na werk een half uur inplannen voor sporten nog een optie.
Maar waar je ook voor kiest, zorg dat het routine wordt.
Een voorbeeld uit mijn eigen ritme: De dagen dat ik werk ga ik zoveel mogelijk op de fiets en fiets ik op hoog tempo twee keer een half uur. Dat compenseert alvast de dagen dat ik noodgedwongen met de auto ga. Daarnaast ga ik op mijn vrije dagen meteen na het opstaan al sporten. Dan heb ik dat maar gehad. Of ik ga hardlopen, minstens een half uur, maar meestal langer, óf ik ga op mijn me-mover(een soort step) een rondje doen. Beiden matig intensief.
Halverwege de dag doe ik dan nog een flinke ronde met de hond.
Inmiddels behoort dit alles zo tot mijn routine dat ik niet meer zonder kan en echt uit mijn ritme raak als ik niet beweeg.
Dus bewegen kun je leren. Je brein onthoudt het gelukzalige gevoel na je bewegingsmoment en als dat gevoel er eens niet is, wordt je brein er onrustig van.
En naast het halve uur per dage strijden tegen je bewegingsarmoede, is het ook van belang dat je nooit langer dan een uur zit.
Ga elk uur dus even aan de wandel. Drie minuten van je plek af, even de benen strekken en dan weer door.
Want we willen allemaal dat bewegingsarmoede niet de strijd van ons gaat winnen met allerlei nare ziektes als gevolg.
Sommigen daarvan zijn namelijk te voorkomen door voldoende beweging, dus waarom zouden we het niet doen?
Geen reactie's